De feestdagen komen er razendsnel aan, dus het is weer tijd om de (kunst)kerstboom, twinkelende lichtjes en kleurrijke versiering tevoorschijn te halen. In sommige huizen staat de boom al vroeg in december te pronken, terwijl anderen liever nog even wachten. Maar wat is nu een handig moment om ’m neer te zetten? Een traditiekenner kan daar wel wat over vertellen.
We gaan niet uitgebreid de geschiedenis van Kerst en de kerstboom in, maar leuk om te weten: pas in de tweede helft van de negentiende eeuw werd de spar echt hét symbool van de kersttijd. Het duurde daarna nog behoorlijk wat jaren voordat de boom in veel Nederlandse woonkamers verscheen.
Wanneer zet je de kerstboom neer?
Een strak antwoord bestaat eigenlijk niet. Traditioneel begint de kersttijd op 21 december en eindigt die met Driekoningen op 6 januari. In de praktijk wachten maar weinig mensen zo lang; de meesten halen de boom al eerder in huis.
Nederland barst van de experts, en zo ook van traditiespecialisten. Ineke Strouken, die zichzelf ‘traditiedeskundige’ noemt, vertelt dat veel mensen de boom neerzetten zodra Sinterklaas terug naar Spanje is. 6 december is dus voor velen een logisch moment. Het is natuurlijk geen vaste regel, dus als je eerder zin hebt: gewoon doen.
Volgens Strouken is het tegenwoordig helemaal niet gek om al begin november met de kerstboom aan de slag te gaan. Voor veel mensen is Kerst een leuke hobby geworden. Ze steken er weken voorbereiding in, dus dan is vroeg beginnen heel logisch.
Wanneer haal je de boom weer weg?
En wanneer ruim je alles weer op? Daar bestaan geen harde afspraken over; er zijn vooral wat ongeschreven gebruiken en wisselende data.
Je bepaalt het dus lekker zelf. Vroeger ging de versiering vaak meteen na Driekoningen (6 januari) de deur uit. Die dag markeerde het einde van de feesttijd, en dan “hoorde” de boom te verdwijnen. Zet ’m daarna aan de straat en niet in de GFT-bak.
