Wetenschap wijst de meest hartverscheurende film ooit aan
Iedereen heeft wel zo’n titel waarbij je onvermijdelijk een brok in je keel krijgt. Bambi, The Green Mile, of een vergeten pareltje dat je ooit op een druilerige zondag meepikte. Toch is er volgens onderzoek één duidelijke koploper als het gaat om de meest tranentrekkende film. Geen Disneyklassieker of moderne tearjerker, maar een sportdrama uit 1979 dat je misschien niet meteen paraat hebt: The Champ.
Zo kwamen onderzoekers tot die conclusie
Die eretitel is niet zomaar verzonnen. In 1988 onderzochten psychologen James Gross en Robert Levenson van de University of California, Berkeley hoe filmfragmenten specifieke emoties losmaken. Ze stelden een set samen van 78 scènes die elk een herkenbaar gevoel moesten oproepen. Ongeveer 500 studentenvrijwilligers kregen die clips te zien. De uitkomst was opvallend eenduidig: de eindscène van The Champ schoot qua verdriet alles voorbij. De deelnemers noemden het het meest verwoestend droevige moment dat ze ooit op een scherm hadden meegemaakt.
Waar The Champ over gaat
The Champ, geregisseerd door Franco Zeffirelli, volgt Billy Flynn (Jon Voight), een ex-wereldkampioen boksen die zijn leven wil herpakken en de band met zijn zoontje T.J. (Ricky Schroder) probeert te herstellen. Zijn ex-vrouw Annie (Faye Dunaway) speelt ook een cruciale rol in het familiedrama. Je gaat met Billy en T.J. mee door nieuwe kansen en harde tegenslagen, steeds met de hoop op toenadering. De film raakt op zichzelf al, maar het is vooral het slot dat dwars door je heen snijdt en alles onvergetelijk maakt.
De eindscène waar niemand droog bij blijft
In het laatste deel waagt Billy nog één comeback in de ring. Het gevecht vreet hem op; in de kleedkamer bezwijkt hij. T.J. blijft bij zijn vader, eerst in ontkenning, dan met het onontkoombare besef dat het voorbij is. Hij roept, huilt, klampt zich vast — je voelt zijn hele wereld instorten. Het is pure, ongepolijste rouw, gevangen in een paar minuten die eeuwig lijken te duren. Een van de onderzoekers vertelde later dat hij nog altijd een steek voelt als hij die jongen zo hartverscheurend ziet huilen. Een collega benadrukte hoe het thema van definitief verlies in die korte scène volledig samengebald zit.
Waarom die paar minuten zó hard raken
The Champ onderscheidt zich door hoe direct en menselijk het verdriet wordt getoond. Geen opdringerige muziek die zegt wat je moet voelen, maar een kind dat beseft dat zijn vader echt weg is. Dat soort verlies raakt bijna iedereen, ongeacht wie je bent. Daarom scoorde deze scène in het onderzoek hoger dan andere beroemde tearjerkers, zoals de dood van Bambi’s moeder. Het houdt je een spiegel voor met emoties die je liever ontwijkt, maar die je keihard treffen als ze langskomen. Precies daardoor wordt The Champ vaak ingezet in emotieonderzoek: het effect is telkens weer duidelijk.
Andere films die je de keel dichtknijpen
Dat The Champ de kroon pakt, wil niet zeggen dat andere films je koud laten. The Green Mile bijvoorbeeld: de zachtaardige, onschuldige John Coffey die zijn lot onder ogen ziet, sloopt je langzaam. The Pianist hakt er ook in, met Adrien Brody als pianist die probeert te overleven in een door oorlog verwoest Warschau. En ja, Bambi blijft universeel pijnlijk; vraag het maar aan iedereen die die beruchte scène als kind zag. Voor dierenliefhebbers staat Marley & Me vaak bovenaan, omdat afscheid nemen van een trouwe viervoeter akelig herkenbaar is. Al deze films laten zien hoe cinema diepe emoties kan losmaken. Toch liet het onderzoek zien dat geen enkele scène zo constant en bij zo’n breed publiek binnenkwam als die uit The Champ.
De verrassende nummer één
Dat een boksdrama uit de jaren zeventig de titel “zieligste film ooit” pakt, voelt misschien niet logisch. Maar juist de eenvoud en menselijkheid van The Champ maken het verschil. Je hoeft de rest van de film niet eens te kennen om die laatste scène te begrijpen — en om erdoor gevloerd te worden. Soms is het niet de grootste tragedie, maar de meest herkenbare pijn die je het diepst raakt.