Een unieke manier van leven
In het stadse Spijkenisse weet de 46-jarige Denny op een heel eigen manier een inkomen te vergaren om voor zichzelf en zijn drie katten te zorgen. Dagelijks fietst hij rond in de buurt, langs vuilnisbakken en door parken, op zoek naar statiegeldblikjes en -flessen om wat geld te verdienen.
De opbrengst van de statiegeldflessen is cruciaal voor Denny om zijn katten te kunnen onderhouden. Twee van de katten waren van zijn overleden moeder en hij had haar beloofd goed voor ze te zorgen. Met toewijding en een groot verantwoordelijkheidsgevoel, fietst Denny elke dag vele kilometers. Op een goede dag kan hij daardoor met wat geluk een paar tientjes verdienen.
Vroeg uit de veren, stapt Denny op de fiets met een plastic tas aan zijn stuur om op jacht te gaan naar flessen en blikjes. In zijn versleten bodywarmer met het Scania-logo trekt hij de aandacht in de wijk. En dat vest dient een praktisch doel: het is ideaal voor zijn werk, waar hij vaak door struikgewas en tussen volle vuilnisbakken opereert.
Voorheen woonde Denny met zijn moeder in Rotterdam. Na haar overlijden verhuisde hij naar Spijkenisse, al ging dat niet zonder worstelingen. Met de schulden en het ontbreken van een vast inkomen biedt het zoeken naar statiegeld enige verlichting. “Als ik dit niet doe, hebben mijn katten geen eten,” legt hij uit.
Zijn dagelijkse avontuur is niet altijd makkelijk of alledaags. In tegenstelling tot de meeste mensen die alleen de bovenkant van vuilnisbakken scannen, gaat Denny diep in elke prullenbak, ongeacht hoe vies of vol. Zijn harde werk betaalt zich uit: binnen vijftien minuten kan hij probleemloos een paar euro’s binnenhalen, afhankelijk van de plek en wat hij tegenkomt.
Vastberadenheid en doorzettingsvermogen
Op een normale dag maakt Denny minimaal drie rondes door Spijkenisse – in de ochtend, middag en avond. Op zonnige dagen kan hij tot 35 euro per dag verdienen. Soms gaat hij ook ’s avonds laat nog op pad. Toch zijn niet alle gevonden blikjes geschikt; sommige zijn beschadigd of missen de juiste streepjescode, waardoor ze geen statiegeld opleveren. Dit weerhoudt Denny er niet van te blijven vechten voor zijn huishouden.
Ondanks dat hij pas drie maanden in Spijkenisse woont, is Denny al een bekend gezicht in de gemeenschap. Mensen spreken hem regelmatig aan over zijn werk, en sommigen geven spontaan hun statiegeldflessen en -blikjes. Deze vriendelijkheid waardeert hij enorm.
Veel mensen gooien statiegeldblikjes gewoon weg, wat volgens Denny zonde is. Hij legt uit dat vijfduizend blikjes een mooi bedrag van 750 euro kunnen opleveren. Er heerst echter ook veel onbegrip; niet iedereen begrijpt waarom iemand door het vuilnis zou graven voor statiegeld. Volgens Denny is het een slimme oplossing voor stijgende uitgaven, en hij raadt aan flessen goed af te sluiten om smurrie te voorkomen.
Denny’s statiegeldjagen is niet uniek; onderweg komt hij vaak andere verzamelaars tegen, vooral rondom metrostations en tankstations. De concurrentie deert hem niet. “Ik heb nog nooit iemand op een fiets gezien die dit doet,” grapt hij, terwijl hij benadrukt dat zijn methode van grote afstanden afleggen uniek is.
Op een goede dag weet Denny vaak met gemak twee volle tassen met blikjes te verzamelen, vooral bij tankstations en wasstraten. Soms zijn zijn vondsten echter nat of beschadigd, wat het werk lastiger maakt.
Ondanks de obstakels blijft Denny doorgaan zonder op te geven. Hij is trots dat hij, door deze klus op zich te nemen, niet alleen zijn katten maar ook zichzelf kan onderhouden. Het moment waarop hij zijn verzamelde blikjes inwisselt bij de supermarkt, voelt als een beloning voor zijn inzet, zelfs als de opbrengst minder is door het gezelschap van de verslaggever. Toch blijft hij onverminderd doorgaan.
Denny’s verhaal laat zien dat met creativiteit en volharding veel bereikt kan worden, ook in lastige financiële tijden. Door statiegeldartikelen te verzamelen, helpt hij zichzelf én draagt hij bij aan een schonere wereld. Zijn verhaal biedt inspiratie voor wie met moeilijke keuzes worstelt.